Weert is gestart met het lobbyen voor een tweede treinstation in de wijk Boshoven. Dat plan maakt veel los op social media, maar hoe makkelijk of juist moeilijk is het aanleggen van een nieuw treinstation op een bestaande lijn?
“We zien het als een positieve ontwikkeling dat gemeentes en provincies het openbaar vervoer omarmen en daar geld en energie in willen steken”, zegt een woordvoerder van ProRail. Volgens de spoorbeheerder van ons land zouden nieuwe stations een serieuze bijdrage kunnen leveren aan de versterking van het OV.
Vervoerswaarde en dienstregeling
Toch is het openen van een nieuw station niet eenvoudig. Volgens ProRail begint het proces met een onderzoek naar de vervoerswaarde van het station. Daarbij wordt gekeken hoeveel reizigers er gebruik van gaan maken en of die reizigers nu al andere stations gebruiken. Nu ben je vanuit Boshoven op de fiets in tien minuten op het station in Weert.
Ook moet worden onderzocht of het nieuwe station wel past in de bestaande dienstregeling. “Hebben de sprinters (of intercity’s) voldoende tijd om daar te stoppen en weer weg te rijden? En wat is dan het effect op de dienstregeling van die corridor en van het hele netwerk?”, aldus de woordvoerder.
Onderzoek via MIRT
Wanneer de vervoerswaarde positief is en het station in de dienstregeling past, dan kan de overheid aan ProRail een opdracht geven om een verkenning te starten. Dit soort verzoeken loopt meestal via het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT).